Een 28-jarige vrouw komt op de raadpleging Endocrinologie omwille van een verhoogde TSH-waarde (thyroïdstimulerend hormoon) bij een routinelaboratoriumonderzoek verricht door de huisarts. De patiënte vertoont geen symptomen van hypothyroïdie en de halspalpatie is normaal. Een nieuwe bloedafname bevestigt de afwijkende schildkliertesten:
– TSH = 9,96 mU/L (normaal: 0 – 4,5)
– vrij T4 = 0,86 ng/dL (normaal: 0,93 – 1,70)
– vrij T3 = 0,29 ng/dL (normaal)
Er worden geen antistoffen tegen thyroperoxidase (TPO) of thyroglobuline aangetroffen. Een typische auto-immuun hypothyroïdie is dus niet aanwezig.
Is er dan nog verder onderzoek nodig en zo ja, welk?
Bij een auto-immuun hypothyroïdie (gekenmerkt door een verhoogde TSH-waarde en aanwezigheid van schildklierantistoffen) zonder voelbare schildkliernodus is geen bijkomend technisch onderzoek nodig en kan de arts een behandeling met T4 starten. In geval van een hypothyroïdie zonder TPO- of thyroglobuline-antistoffen moeten wel andere oorzaken gezocht worden.
Eerst gaat het labo na of er interfererende eiwitten zijn die de TSH-bepaling verstoren, bv. reumafactor, anti-TSH antilichamen, … Bij deze patiënte is dit niet het geval; er is dus een reële TSH-verhoging. Echografie van de hals toont een leeg schildklierbed. Op basis hiervan vermoedt men een ectopische schildklier. De schildklierscintigrafie wijst op een linguale schildklier (figuur 1). De hier toegepaste SPECT/CT-techniek met fusie van scintigrafische en tomografische beelden bevestigt de lokalisatie aan de tongbasis (figuur 2). Verdere inspectie van de tongbasis door middel van nasofaryngolaryngoscopie toont de linguale schildklier als een bolvormige zwelling met een diameter van ongeveer 2 cm (figuur 3).
Een ectopische schildklier komt voor bij ongeveer 1 op 6000 geboortes [1]. De ware incidentie is evenwel moeilijk te achterhalen omdat patiënten met een ectopische schildklier vaak asymptomatisch zijn. In 90% van de gevallen betreft het een linguale schildklier. Als behandeling start de arts een schildklierhormoonsubstitutie bij de patiënt. Gezien TSH zowel de schildklierfunctie als de schildkliergroei stimuleert, streven we een laagnormale TSH-waarde na om deze zwelling te stabiliseren en hopelijk te verkleinen.
Referentie
Deladoëy J, Ruel J, Giguère Y, Van Vliet G. Is the incidence of congenital hypothyroidism really increasing? A 20-year retrospective population-based study in Quebec. J Clin Endocrinol Metab 2011, 96:2422-2429.