Het multidisciplinaire team van urologen, oncologen en prostaatverpleegkundigen van het AZ Sint-Jan Brugge AV, onder leiding van dr. Christophe Ghysel, neemt een actieve rol op zich in de ProBio-studie van het Karolinska Instituut en dr. Bram De Laere van de Universiteit Gent. De studie biedt een innovatieve aanpak door behandelingen af te stemmen op het genetisch profiel van de prostaattumor.
Prostaatkanker heeft doorgaans een goede prognose wanneer ze tijdig wordt gediagnosticeerd. Voor mannen met uitgezaaide prostaatkanker is de situatie echter complexer. Ondanks verschillende systemische behandelingen reageert niet elke patiënt even goed op zijn behandeling. Dit maakt de keuze voor de optimale behandeling uitdagend. De ProBio (Prostaat Biomarker)- studie (NCT03903835), geleid door onderzoekers aan het Zweedse Karolinska Instituut en dr. De Laere van de Universiteit Gent, wil hierin verandering brengen. De studie, ondersteund door de vzw Kom Op Tegen Kanker, biedt een innovatieve aanpak door behandelingen af te stemmen op het genetische profiel van de prostaattumor. In België nemen 11 centra deel aan de studie, waaronder het AZ Sint-Jan Brugge AV, onder leiding van dr. Ghysel.
UNIEKE AANPAK VAN DE PROBIO-STUDIE
ProBio maakt gebruik van een gerandomiseerd en adaptief platformdesign om diverse behandelingen simultaan te evalueren. In tegenstelling tot traditionele klinische studies waarin artsen patiënten indelen in vaste behandelgroepen, past dit adaptieve ontwerp behandelingen dynamisch aan op basis van genetische biomarkers en eerder geobserveerde behandelingsresultaten. Dit vergroot de kans dat een patiënt de behandeling krijgt die het meest effectief is voor zijn specifieke tumorprofiel. ProBio onderscheidt zich door de mogelijkheid tot her-randomisatie. Bij ziekteprogressie voeren artsen een nieuwe analyse van het tumorprofiel uit om een andere behandeling te selecteren. Dit geeft patiënten diverse kansen op een succesvolle behandeling.
ROL VAN VLOEIBARE BIOPSIEËN EN GENETISCHE BIOMARKERS
De ProBio-studie maakt gebruik van vloeibare biopsieën. Onderzoekers analyseren het celvrije circulerende tumor-DNA uit het plasma door middel van bloedafnames. Deze aanpak biedt een minimaal invasieve methode om de genetische kenmerken van de tumor te bepalen. Artsen gebruiken deze informatie vervolgens om tijdens het randomisatieproces de meest geschikte therapie te selecteren.
EERSTE RESULTATEN: HORMONALE THERAPIEËN VERSUS CHEMOTHERAPIE
De eerste resultaten bij 193 patiënten met gemetastaseerde castratieresistente prostaatkanker, behandeld met een hormonaal middel of met een taxanen-gebaseerde chemotherapie, verschenen halfweg dit jaar in het vakblad Nature Medicine1. Over alle groepen heen bleek dat de hormonale middelen (abiraterone-acetaat of enzalutamide) betere resultaten gaven dan op taxanen-gebaseerde chemotherapie (i.e. docetaxel of cabazitaxel). Patiënten die een hormonale therapie kregen, hadden een mediane progressievrije overleving van 11,1 maanden, vergeleken met 6,9 maanden voor de chemotherapiegroep. De mediane overleving was respectievelijk 38,7 maanden voor de hormonale groep en 21,7 maanden voor de chemotherapiegroep.
Bij analyse van de genetische subgroepen was het verschil in effectiviteit tussen hormonale therapieën en chemotherapie vooral uitgesproken bij patiënten zonder genetische veranderingen in de androgeenreceptor (AR) of het TP53-gen, en bij patiënten met een TMPRSS2- ERG-fusie. Voor deze patiënten verlengde de mediane tijd tot progressie tot respectievelijk 17 en 13,8 maanden.
Daarentegen toonden patiënten met TP53-gemuteerde ziekte geen verschil in effectiviteit tussen de therapieën, met een mediane progressievrije overleving van slechts 6,4 maanden. Dit benadrukt de noodzaak van verder onderzoek naar nieuwe behandelingen voor deze patiënten.
PROBIO ALS EEN MODEL VOOR TOEKOMSTIGE KLINISCHE STUDIES
Het multidisciplinaire team van urologen, oncologen en prostaatverpleegkundigen van het AZ Sint-Jan Brugge AV speelt een cruciale rol in de Belgische bijdrage aan ProBio. Het team nam met volle overtuiging deel aan deze studie vanwege het potentieel om de behandeling van gemetastaseerde prostaatkanker te personaliseren. Door zijn deelname draagt het niet alleen bij aan de verbetering van de behandelopties voor deze patiënten, maar ook aan de klinische implementatie van innovatieve methoden zoals vloeibare biopsieën en het gebruik van genetische biomarkers voor therapieselectie.
REFERENTIES
- De Laere, B., Crippa, A., Discacciati, A. et al. Androgen receptor pathway inhibitors and taxanes in metastatic prostate cancer: an outcome-adaptive randomized platform trial. Nat Med (2024). https://doi.org/10.1038/s41591- 024-03204-2 https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/39164518/