De voorbije decennia is de dienst Gynaecologie op campus Sint-Jan geëvolueerd van een dienst van individuele gynaecologen tot een omvangrijk departement waarin een intense samenwerking centraal staat. Dit departement overkoepelt drie diensten: Gynaecologie, Verloskunde, met Maternale intensieve zorgen als afdeling, en Fertiliteit. Patiënten kunnen er zowel voor algemene gynaecologische zorgverlening als sterk subspecialistische expertise terecht.
HOOGGESPECIALISEERD TEAM
Op campus Sint-Jan ontwikkelde de dienst gynaecologie zich van een discipline waarin stafleden over een brede algemene kennis beschikten, via de uitbouw van een team experten, tot een hooggespecialiseerd team waarin de stafleden de algemene gynaecologische en verloskundige zorgverlening aanvullen met sterk subspecialistische expertise. De patiënt staat daarbij steeds centraal. De zeven stafleden krijgen directe ondersteuning van zeven toegelaten artsen, vijf assistenten en drie toegelaten assistenten vanuit de drie universiteiten. Naast onderlinge nauwe samenwerking leven ze tal van multidisciplinaire afspraken met interne en externe collega’s na. In 2015 behaalde het departement het European Board and College of Obstetricians and Gynaecologists (EBCOG)-kwaliteitslabel.
Uitbreiding van het subspecialistisch vermogen met een collega die zich zal toeleggen op de urogynaecologie staat op de planning dit jaar. Hiervoor is reeds een samenwerking met de collega’s urologen en de dienst Gynaecologie van het AZ Sint-Lucas Brugge op punt gesteld.
DE DIENST GYNAECOLOGIE
Nagenoeg alle stafleden van het departement oefenen de algemene gynaecologie uit, inclusief heelkundige technieken zoals een standaard hysterectomie, laparoscopische ingrepen, hysteroscopie of conisatie. Een aantal onder hen koos voor een sterke subspecialisatie in de complexe gynaecologie en gynaecologische oncologie.
Benigne gynaecologische tumoren
Bijgevolg geldt campus Sint-Jan sedert een achttal jaar als een belangrijk centrum voor complexe benigne en oncologische robotchirurgie. Zo is er voor de ruime regio West-Vlaanderen een efficiënte techniek uitgebouwd voor (vaak obese) patiënten met uterus myomatosus. In 2020 werden in Surgical Technology International de resultaten van een uitgebreide serie casussen van de dienst gepubliceerd. Ze tonen aan dat campus Sint-Jan wereldwijd veruit de kortste operatietijden behaalt, met zeer lage complicatiecijfers en ruim 80 % van de patiënten die het ziekenhuis al na 48 uur kunnen verlaten. Ook voor endometriosepatiënten is een doeltreffende techniek ontwikkeld om bijvoorbeeld de zone tussen vagina en rectum vrij te maken en te reseceren.
Gynaecologische oncologie
De behandeling van pelviene gynaecologische tumoren is sinds 2012 sterk uitgebouwd en sinds 2016 trad campus Sint-Jan daarin als referentiecentrum voor robotchirurgie in Europa naar voor. Een wekelijkse MOC verzamelt een groot team van onder meer gynaecologisch oncologen, radiotherapeuten, medisch oncologen, radiologen, anatomopathologen, klinisch psychologen en oncologisch verpleegkundigen. Binnen de multimodale aanpak van baarmoeder(hals)kanker worden patiënten die inwendige bestraling dienen te ondergaan, verzorgd door een gespecialiseerd team met bijzondere expertise in de brachytherapie, uniek in West-Vlaanderen. Begin 2019 is er een maandelijkse gezamenlijke consultatie met de radiotherapeuten opgezet voor de opvolging van patiënten die een bestraling kregen, vaak als onderdeel van een multimodale therapie. Ook voor patiënten die terugverwezen zijn naar andere centra is er een jaarlijks opvolgingsconsult voorzien.
Samen met de radiotherapeuten werkt de dienst Gynaecologie sinds begin 2021 mee aan een studie van het UZ Gent: de KWALI-studie, die cervixcarcinoompatiënten bevraagt over seksualiteit na bestraling.
Medisch-technische realisaties
Medisch-technisch maakt de dienst, als een van de weinige in Vlaanderen, sinds 2018 gebruik van de sentinelklierprocedure met indocyanine groen-fluorescentie in combinatie met robotchirurgie voor de chirurgische stadiëring van baarmoederhalskanker en baarmoederslijmvlieskanker. Enkel de poortwachtersklieren worden gereseceerd, wat met minder complicaties en morbiditeit gepaard gaat. Ook ultrastaging voor lokaal gevorderd cervixcarcinoom met de sentinelklierprocedure en para-aortische klierdissectie door middel van robotchirurgie voeren ze sedert jaren uit. Dat helpt de radiotherapeuten om te weten welke regio bestraald moet worden. Via de Belgian Gynaecological Oncology Group (BGOG) centraliseren de vijf grote centra (CHU Liège, UZ Leuven campus Gasthuisberg, OLV Aalst, AZ Klina Antwerpen en AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV) alle robotchirurgiedata, waaruit reeds publicatie van diverse studies volgde.
Kennis verspreiden
Op de dienst Gynaecologie krijgen assistenten mee wat de landmarks en speerpunten zijn tijdens pelviene chirurgie. Verder werd campus Sint-Jan in 2016 een Europees centrum voor case observations voor robotchirurgie in de gynaecologie/oncologie. De afgelopen vier jaar zonden een dertigtal binnen- en buitenlandse centra delegaties om robotchirurgische technieken aan te leren. Zowel voor complexe benigne gynaecologie als voor gynaecologische oncologie geeft diensthoofd dr. Philippe Van Trappen, samen met drie andere Europese collega’s, jaarlijks een driedaagse masterclass aan de Orsi Academy, met varkenmodellen en kadavers. Hij is als enige Belg raadslid van de Society of European Robotic Gynaecological Surgery (SERGS) en zette hiervoor begin 2020 maandelijkse webinarsessies op.
Borstkliniek, menopauzekliniek, colposcopie
Dr. Els Laurent vertegenwoordigt de dienst Gynaecologie sinds 2002 in de borstkliniek, een multidisciplinaire samenwerking tussen gynaecologen, chirurgen, radiotherapeuten, radiologen, medisch oncologen, anatomopathologen, datamanagers en borstverpleegkundigen. Wekelijks staat een MOC op het programma. Aanvulling van het team met een nieuwe collega die zal instaan voor borstchirurgie is gepland. Verder besteedt de dienst aandacht aan menopauzale klachten, onder meer door sinds 2018 gezamenlijke consultatiemomenten te organiseren met een menopauzeconsulente. Tot slot richtte de dienst in 2012 een colposcopiekliniek op in het Penitentiair Complex van Brugge. Vrouwelijke gedetineerden krijgen een gynaecologische check-up voorgesteld bij aankomst, met mogelijkheid tot colposcopie bij afwijkende resultaten van het uitstrijkje. Opvolging van zwangerschap gebeurt eveneens door een gynaecoloog van de dienst, met bevalling op campus Sint-Jan.
DE DIENST VERLOSKUNDE
Jaarlijks vinden er op campus Sint-Jan zo’n 1.200 normale bevallingen plaats. Voor deze patiëntengroep ligt het accent op kwaliteitsvolle zwangerschapsbegeleiding. De toekenning van het BFHI (Baby Friendly Hospital Initiative)-label in januari 2017 bestempelde ook campus Sint-Jan als een moeder- en babyvriendelijk ziekenhuis. Het houdt onder meer in dat de dienst Verloskunde sterk inzet op het grondig informeren over de zwangerschap en een intensieve begeleiding bij borstvoeding.
De richtlijnen omtrent screening naar zwangerschapsdiabetes worden al sinds 2012 toegepast en kregen in 2019 een nieuwe impuls. Dit goedlopende zorgproject start bij de huisarts en zet zo zijn weg verder naar de gynaecologen, om na de bevalling opnieuw door de huisarts opgevolgd te worden. In 2015 zette dr. Anne Loccufier het project Moederzorg op, een implementatie van het zorgpad ‘verkorte ligdag’. Moederzorg is erop gericht de intramurale en extramurale zorg met elkaar te laten communiceren door de samenwerking met huisartsen, Kind & Gezin, Kraamzorg en zelfstandige vroedvrouwen te stroomlijnen. Zeven materniteiten sloegen hiervoor de handen in elkaar. Hierbinnen past eveneens de uitrol van het project perinatale mentale gezondheid, begin 2021. Deze samenwerking met de dienst Klinische psychologie rekent ook sterk op de huisarts om er een centrale rol in te vervullen.
MATERNALE INTENSIEVE ZORGEN (MIC)
De afdeling Maternale intensieve zorgen (Maternal Intensive Care/MIC) geldt als verwijscentrum voor hoogrisicozwangerschappen in de ruime regio van de provincie West-Vlaanderen, tot zo ver als Eeklo, Moeskroen en Doornik. Een team van vijf gynaecologen staat er in voor de continuïteit van zorg: dr. Anne Loccufier, dr. Barbara Lebbe, dr. Joachim Van Keirsbilck en vanuit het AZ Sint-Lucas Brugge dr. Filip Claerhout en dr. Veronique Ballegeer. Ze nemen de verdere opvolging van risicovolle zwangerschappen in handen, zowel naar diagnose als naar het verdere beleid tijdens de zwangerschap toe. De voorbije jaren bleef het hoge aantal opnames vrij stabiel, zo’n 190 per jaar. Patiënten bevinden zich doorgaans tussen de 24 en 34 weken zwangerschapsduur. Met zusterdienst Neonatale intensieve zorgen (Neonatal Intensive Care/NIC) vormt het MIC-team één multidisciplinair team in de intensieve moeder-kindzorg. Ze overleggen continu omtrent de verdere zorg voor preterme zwangerschappen en baby’s met congenitale aandoeningen. Op verwijzing van andere specialisten kunnen patiënten met een risicoprofiel die zwanger zijn of een zwangerschapswens hebben ook bij de MIC terecht voor advies en begeleiding.
Aanpak MIC
Voor elke patiënt stelt de MIC een persoonlijk dossier op waarin de risico-inschatting centraal staat op basis van de onderliggende pathologie. Naast preterme arbeid en zwangerschapsvergiftiging behoren ook intra-uteriene groeivertragingen, placentaire pathologie, maternale aandoeningen en foetale congenitale afwijkingen tot het spectrum. In functie hiervan bereiden de zorgverleners moeder en kind zo goed mogelijk voor. Omdat psychologische ondersteuning van de moeder en bij uitbreiding beide toekomstige ouders een belangrijke rol speelt, staan twee gespecialiseerde klinisch psychologen de dienst bij. Voor prenatale diagnostiek is een multidisciplinaire samenwerking opgezet met UZ Leuven.
In een tweewekelijks overleg kunnen de stafleden voor complexere casussen rekenen op het advies van prof. dr. Luc De Catte voor expertise-echografie, terwijl prof. dr. Jeroen Breckpot hen bijstaat met zijn expertise omtrent klinische genetica. De eigen dienst Radiologie staat in voor bijkomend gespecialiseerd radiologisch onderzoek, met name foetale MRI.
De afdeling hecht veel belang aan goede communicatie en opleiding. Op wekelijkse basis plegen de artsen onderling overleg, maar ook hun expertise verder doorgeven doen ze graag. Ze richten opleidingen in voor verwijzende gynaecologen en geven aan assistenten zoveel mogelijk kennis mee om hun eigen carrière te kunnen opbouwen. In aanvulling op de specialisatie-opleiding die het ondersteunend verpleegkundig team reeds volgde, krijgen ze binnenshuis nog regelmatig aanvullende training.
DE DIENST FERTILITEIT
Voor patiënten die problemen ondervinden om op natuurlijke wijze zwanger te raken, is er het Centrum Reproductieve Geneeskunde Brugge-Kortrijk. Als enige B-fertiliteitscentrum in West-Vlaanderen kan de dienst Fertiliteit op campus Sint-Jan het volledige bevruchtingstraject uitvoeren. Dit gebeurt onder leiding van dr. Arne van de Vijver, samen met dr. Isabel De Smet en dr. Marc Scheirlinckx en met dr. Tine Deckers van AZ Sint-Lucas Brugge en dr. Johan Thys van AZ Groeninge. Er werd in 1990 gestart met fertiliteitsbehandelingen, met in 1991 een eerste succesvolle bevalling tot gevolg. Vanuit een nauwe, gestructureerde samenwerking met de dienst Klinische psychologie kunnen patiënten zowel in aanloop naar als tijdens de fertiliteitsbehandeling zelf op psychologisch en waar nodig ook seksuologisch advies en ondersteuning rekenen. De dienst Fertiliteit spitst zich eveneens toe op oncofertiliteit, preservatie van ei- of zaadcellen en/of embryo’s voorafgaand aan oncologische therapie. Een sterke troef daarin is de actiesnelheid op basis van de nabijheid van de oncologische diensten. Een eerste consultatie kan doorgaans al binnen de 36 uur na aanvraag. Het RIZIV voorziet hiervoor trouwens een terugbetaling.
Technologische optimalisatie
In 2010 ontving het fertiliteitscentrum als eerste in Vlaanderen erkenning als weefselbank door het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten (FAGG), vernieuwd na inspectie in 2019. In het constante streven om mee te zijn met de nieuwste technologieën voegde het centrum begin 2019 pre-implantatie genetische diagnostiek (PGD) of testing (PGT) aan zijn activiteiten toe. Dit vult de klassieke IVF-procedure aan met een fase waarin de embryo’s vóór terugplaatsing getest worden op bepaalde gekende genetische aandoeningen in de familie van de ouders. Dat laat eliminatie toe van de exemplaren die de erfelijke aandoening dragen. Het gaat om een samenwerking met het UZ Leuven, maar ook het UZ Brussel toont interesse. Als verdere investering in technologische optimalisatie staat de aanschaf van een embryoscoop op het programma, een toestel dat de kwaliteit van de embryo’s monitort vanaf de bevruchting, zodat het meest kwalitatieve embryo teruggeplaatst kan worden.
OPLEIDING EN INFORMATIE
Naast de dienstspecifieke opleidings-initiatieven organiseert het departement tweemaal per jaar simulatietraining voor vroedvrouwen en assistenten. Verder krijgen ze opleiding in ST-analyse (STAN), een toestel dat de hartslag van de baby monitort. Eén à twee themadagen per jaar voegen daar nog theoretische opleiding aan toe. Diverse stafleden engageren zich om aan de VIVES hogeschool opleidingen te geven aan student-vroedvrouwen en -operatieverpleegkundigen en staan ook in voor de opleiding van assistenten op nationaal vlak. Voor patiënten biedt het ‘9 maanden rond’-programma een cyclus van vijf info-avonden aan en ook over de menopauze zijn regelmatig info-avonden voorzien.
Van bij de start van de dienst Fertiliteit en de MIC-afdeling zijn de collegae van AZ Sint-Lucas Brugge betrokken in de dagelijkse werking. Zij zetten mee hun schouders onder al deze initiatieven en activiteiten, die aansluiten bij de kernambitie van het departement: ‘innovatieve zorg voor iedereen’ aanbieden, met de verdere uitbouw als supraregionaal centrum voor sterk subspecialistische zorgverlening in een intense samenwerking met de verwijzende ziekenhuizen. Iedereen kijkt dan ook uit naar een volledige, vruchtbare fusie van de diensten van beide ziekenhuizen.
U kan het artikel hier als pdf lezen