De vakantie is altijd een moment om wat afstand te nemen, terug te blikken en je hoofd leeg te maken. Het beroep van arts in het bijzonder en van zorgverlener in het algemeen vergt heel wat energie, heel wat draagkracht en veel inzet die niet altijd naar waarde wordt geschat. Het belang van een goede zorgverlening wordt pas duidelijk wanneer je zelf of je naaste omgeving geconfronteerd wordt met een ernstig probleem. Dan pas besef je dat goede, kwaliteitsvolle zorg echt het verschil maakt.
In de huidige tijden waar ministers en andere overheidsdiensten de mond vol hebben van netwerking wordt weleens de essentie uit het oog verloren. Netwerking is het modewoord van vandaag, alsof dit plots alle problemen in onze gezondheidszorg zou oplossen. Wanneer je trouwens verder kijkt dan het woord ‘netwerk’ en je dieper wil gaan naar de echte betekenis, dan word je snel ontgoocheld.
Geen enkele instantie kan ons vandaag zeggen wat men nu bedoelt met netwerking of waar men met dit begrip echt naartoe wil. Is dit het zoveelste mantra in een besparingslogica? Wil men echt de zorg concentreren en rekening houden met kwaliteit en outcome, of is dit het zoveelste lapje voor het bloeden?
U weet dat we in ons ziekenhuis al jaren ernstig werk maken van meerdere samenwerkingsakkoorden met andere ziekenhuizen en zorgverleners. Van gemeenschappelijke wachtdiensten van artsen van verschillende ziekenhuizen, over samenwerkingen (zelfs associaties) van artsen uit verschillende instellingen, tot het gemeenschappelijk uitbaten van zorgfuncties en zorgprogramma’s en het sluiten van contractuele engagementen tussen verschillende ziekenhuizen. Dit loopt meestal behoorlijk goed zolang er geen belangrijke verschuivingen zijn van patiënten en/of pathologie van het ene ziekenhuis naar het andere. En dat is perfect begrijpelijk, want de ziekenhuisfinanciering is sterk pathologiegestuurd. Hoe meer patiënten met complexe pathologie er verzorgd worden, hoe beter de financiering.
Maar dit systeem laat ons niet toe aan echte taakverdeling te doen. Echte samenwerkingsverbanden zouden moeten kunnen leiden tot adequate taakverdelingen tussen de verschillende instellingen. De concentratie van een bepaalde zorgfunctie of pathologiebehandeling in ziekenhuis X, en van een andere zorgfunctie of pathologiegroep in ziekenhuis Y. Dit zou de turnover in elk van deze ziekenhuizen verhogen en daarmee ongetwijfeld ook de expertise en de kwaliteit van zorg in elk van de pathologiegroepen.
Maar op vandaag is dit soort afspraken niet mogelijk. Echte taakverdeling stuit tegen een muur van juridische bezwaren, erkenningsnormen, ziekenhuisfinancieringssystemen die dit belemmeren. Dus ondanks het modewoord van netwerking blijven we in essentie wat morrelen in de marge en kan op vandaag geen enkel ziekenhuis zich permitteren om echte taakverdeling af te spreken. Nochtans lijkt me dit de enige juiste weg om te bewandelen. Het ziekenhuislandschap in Vlaanderen en België is te versnipperd om de steeds beperktere middelen efficiënt en effectief in te zetten.
Het ziekenhuisnetwerk Noord-West-Vlaanderen is mijns inziens een voorloper in die gedachte. Hoewel er nog een ganse weg af te leggen valt, zijn de geesten tussen onze ziekenhuizen gerijpt maar verwachten wij toch enige ondersteuning en facilitering van onze overheid. Mijn oprechte dank aan al mijn collega’s in de andere ziekenhuizen. We blijven verder werken aan het idee dat kwaliteitsvolle zorg moet geleverd worden in echte netwerken, met echte taakverdeling en met echt respect voor het kennen en kunnen van elke partner.
Om deze ingesteldheid te illustreren, bieden we u een azlink-editie die geheel gewijd is aan zeldzame ziekten. Patiënten met een zeldzame aandoening hebben als geen ander baat bij een zo breed mogelijke bundeling van kennis, kunde en expertise, zowel binnen als buiten de muren van ons ziekenhuis.
Hans Rigauts
Algemeen directeur