Skip to content

Voorwoord azlink 48

Editie 48 - Mei 2021

Weet je wat bijzonder fel begint te knagen? Het feit dat we nu al meer dan één jaar in onze vrijheid beperkt zijn. Allerlei maatregelen in voortdurend wisselende zwaarte en voortdurend wisselende volgorde maken dat je het noorden kwijtraakt. En ik weet dat ik zelf niet echt mag klagen. We kunnen zoals voorheen aan het werk. Als we thuiskomen, is dit in een relatief ruime omgeving met toch nog een beperkte tuin. Velen zitten al meer dan één jaar thuis, mogelijk op een kleine ruimte met z’n allen samen vanwege thuiswerk, gesloten of deels gesloten scholen of kinderopvang … met weinig of geen open ruimte en nauwelijks contact met de buitenwereld tenzij via Zoom of Skype.

Van die laatste ‘pareltjes’ van IT hebben we aan den lijve ondervonden dat virtueel samenkomen en vergaderen absoluut niet vergelijkbaar is met een reële face-to-face meeting. Uit eigen ervaring leer ik dat die technologische parels toch nog moeten rijpen. De uitdaging begint bij het tot stand brengen van de verbinding om dan verder te hopen op een voldoende stabiele beeld- en klankkwaliteit. Je moet er bovendien voortdurend op letten dat je op het juiste moment de microfoon aan- en uitzet. Niet dat we per se iets te verbergen hebben, maar soms heb ik de neiging om toch al een keer binnensmonds te mompelen of eens een diepe zucht te laten. Zuchten verhoogt het zuurstofgehalte en is daarom bijzonder aan te raden, ook op vergaderingen (dit is toch wat ze mij wijsgemaakt hebben en zoals altijd volg ik goede raad graag op). Vervelend wordt het natuurlijk wanneer het gemompel of de diepe zucht via digitale versterkers en luidsprekers uitvergroot bij elke deelnemer terechtkomt. Dus bij een diepe zucht eerst tijdig op het juiste knopje drukken zodat je microfoon uit staat om hem daarna, wanneer je iets zinvols te zeggen hebt (wat me zelden overkomt), weer aan te zetten door terug op het juiste knopje te drukken. Ideaal is zo’n digitale vergadering niet: je mist een directe interactie met je collega’s en niet-verbale signalen, maar bovenal mis je het menselijk contact.

Dus ja, we zijn onze isolatie en beperkte vrijheid grondig beu en denken vooral aan hen die helemaal vastgekluisterd zitten en niet de mogelijkheid hebben om toch nog regelmatig naar de werkplek te gaan of anderen te ontmoeten. Er wordt vandaag terecht veel aandacht besteed aan de fysieke impact van het coronavirus, aan het letterlijk ziekmakend aspect, zoals forse ademnood waarbij je in het ernstigste geval ademhalingsondersteuning op intensieve zorgen nodig hebt. En dat is waar wij als zorgverlener voor staan: zorgen dat de patiënt opnieuw herstelt, ‘geneest’. Met genezen bedoelen we dan vooral het herstel van de fysiologische functies. De mentale impact van de coronacrisis durven we al eens opzij te schuiven. Uiteraard gaan we in een ziekenhuis in de eerste plaats zo snel als mogelijk ingrijpen op de zichtbare symptomen, maar het zijn vooral die minder zichtbare mentale symptomen die vandaag zwaarder beginnen doorwegen. We ervaren meer en meer lusteloosheid, prikkelbaarheid, effecten van stress, leidend tot depressie en burn-out. Allemaal termen die vlot in de mond genomen worden, maar waarvan de ernst en de draagwijdte sterk worden onderschat. Elk van ons ervaart vandaag ongetwijfeld de zware last van de aanslepende zorg voor corona. We voelen dit in de eerste plaats fysiek, maar er is ook de mentale last. De mentale weerbaarheid en draagkracht komen steeds meer onder druk te staan. Laten we met z’n allen hopen dat de zomer ons meer perspectief geeft op vrijheid, op persoonlijke communicatie en persoonlijke contacten. De IT-parels zoals Skype en Zoom als parels voor de zwijnen kunnen gooien, dat zou pas een opluchting zijn.

Veel leesgenot

Hans Rigauts
Algemeen directeur